Centrale of decentrale verwarming

De warmte bij centrale verwarming wordt via leidingen verdeeld over de woning, m.a.w. 1 toestel (de centrale ketel) wekt de warmte op. Bij decentrale verwarming daarentegen staan afzonderlijke toestellen in voor de warmteproductie in de verschillende ruimtes.

Radiatoren

In een radiator stroomt warm water door buizen of panelen. Het water warmt de buizen of panelen (gemaakt van staal, aluminium of gietijzer) op en vervolgens verwarmen de buizen of panelen de omringende lucht. De warmte die zo in de ruimte ontstaat, is een combinatie van stralingswarmte en convectiewarmte.

Condensatieketels

De condensatieketel is de nieuwste generatie verwarmingsketel, welke ook werkt op aardgas of mazout. In tegenstelling tot lagetemperatuurketels kunnen condensatieketels de waterdamp in de verbrandingsgassen laten condenseren om zo meer nuttige warmte vrij te maken, m.a.w. hierdoor krijg je besparing op je energiefactuur. Condensatieketels zijn milieuvriendelijk en heel zuinig.

Warmtepompen

Aarde, lucht of water; hier halen warmtepompen het grootste deel van hun energie uit. We kunnen dus wel zeggen deze manier bijzonder milieuvriendelijk is en energiezuinig.

Vloerverwarming

Vloerverwarming is gelijkaardig aan radiatoren: De CV-installatie verwarmt water dat via een netwerk van leidingen verdeeld wordt onder verschillende verwarmingselementen. Om precies te zijn wordt de warmte bij vloerverwarming verdeelt via leidingen die lopen onder het volledige vloeroppervlak. Hierdoor krijg je een gelijkmatigere warmteverdeling doorheen de kamer. Aan de hand van een thermostaat kan je de gewenste temperatuur instellen.